Stadsdorpen in Amsterdam

Een Stadsdorp is een initiatief van bewoners in een buurt of wijk om te bevorderen dat senioren zo lang mogelijk actief, gezond en veilig thuis kunnen blijven wonen. Inmiddels zijn er ZEVENTIEN in Amsterdam.

Wat is een Stadsdorp?

Een Stadsdorp is een initiatief van bewoners in een buurt of wijk om te bevorderen dat senioren zo lang mogelijk actief, gezond en veilig thuis kunnen blijven wonen. Door op te trekken met mensen in de buurt kun je samen organiseren dat je ook op oudere leeftijd de regie over je eigen leven houdt en daarmee de kwaliteit van je oudere leven voor zover mogelijk in eigen hand neemt.

Het Stadsdorp idee is in eerste instantie afkomstig van het Amerikaanse “village-to-village network”, waarin Amerikaanse senioren vele soorten van wederzijdse diensten hebben opgezet om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Zie voor informatie www.vtvnetwork.org .

Ondersteuningsbehoefte?

De Vrijwilligersacademie heeft ondersteuningsbehoefte onderzocht. Het Fonds Sluyterman van Loo stelde de VA daartoe in de gelegenheid.

Voor het onderzoeken van ondersteuningsbehoefte onder de deelnemers aan ouderen/burgerinitiatieven heeft de Vrijwilligersacademie de praktijk als leerschool gebruikt. Door in deze praktijk te vragen naar ondersteuningsbehoefte is het denken hierover wel op gang gebracht. Over het algemeen zijn de betrokkenen bij Stadsdorpen “nog niet zo ver”. Aan de hand van een casus worden er ideeën geuit. Ondersteuning bij het uitwerken van deze ideeën is echter nog vroeg.
Wel is men erg geïnteresseerd in de woon-zorg combinaties onder eigen zeggenschap die op dit moment in ontwikkeling zijn. Veel vragen gaan hierover. Men geeft aan hier meer informatie over te willen, alsook directe steun bij het opzetten ervan.

Zelf zorg organiseren

Zorg zonder of met verblijf (intramuraal) wordt vanaf 2015 steeds meer beperkt tot burgers die zware zorg vragen. Ouderen, verstandelijk, lichamelijk en psychische gehandicapten zullen meer en langer in eigen buurt of wijk blijven wonen.
Per 1 januari 2015 wordt 40% bezuinigd op de huishoudelijke zorg. De verwachting is dat alleen 75 plussers en de meest kwetsbare mensen nog huishoudelijke zorg krijgen. Dagbesteding, persoonlijke verzorging, vervoer, kortdurende verblijf (logeeropvang) worden overgeheveld naar gemeenten met een korting van 25%. Begeleid wonen wordt in zijn geheel overgeheveld naar gemeenten zonder bijkomende bezuinigingen.

De eigen bijdrage voor de AWBZ (intramuraal) op vermogen is per 1 januari 2013 fors omhoog gegaan (8% van het Box 3).Dit gekoppeld aan de nieuwe schenkingswet heeft tot gevolg dat veel vermogen ‘weglekt’ uit de zorg. Naast het wonen en de zorg -en dienstverlening wordt de kans op allerlei vormen van dagbesteding en (begeleid) werk ook sterk verminderd.

Zo lang mogelijk thuis blijven wonen is de noemer waaronder deze decentralisatie en bezuiniging gestalte krijgt. Met deze operatie zal er een groter beroep worden gedaan op zowel de sociale als de fysieke omgeving. Sociaal zal meer de nadruk liggen op ondersteuning uit eigen kring of door vrijwilligers. Het heft zal steeds vaker in eigen hand (moeten) worden genomen. Het heft in eigen hand nemen past in een hernieuwde belangstelling voor alles wat met zelforganisatie te maken heeft. Deze zelforganisatie is van alle tijden maar ontwikkelt zich nu binnen een andere maatschappelijke context.

Stadsdorpen zijn nog niet bezig met de zorgvraag

Deze conclusie is niet vreemd, gezien de samenstelling en fase van organisaties waarin stadsdorpen zicht bevinden. Over het algemeen zijn het gezonde mensen die zich organiseren in hun eigen woonomgeving. Aanleiding is vaak wel om het heft in eigen handen te nemen, ook wanneer er straks meer zorg nodig is. Vandaag de dag lijkt dat moment nog ver weg.
Deze zorg coöperaties sluiten aan bij de wens van velen om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen in de eigen woning. Dit mede omdat de alternatieven niet aantrekkelijk zijn. Belangrijkste vragen die leven zijn:

1. Zorgspecifiek: kennis en vaardigheden m.b.t. (het omgaan met) ouderdomsaandoeningen zoals Alzheimer
2. Organisatiespecifiek, hoe organiseren we onszelf nu en de zorg straks.

Zoals gesteld ligt voor stadsdorpen de nadruk op 2, voor initiatieven speciaal gericht op zorg is de eerste vraag meer relevant.

Zorg: deskundigheidsbevordering

De afgelopen jaren zijn er vele initiatieven geweest om een leefbare en toegankelijke omgeving te creëren voor ouderen en gehandicapten met de nabijheid van diensten en zorg. Er zijn steeds meer woongroepen, woon coöperaties en woon-zorgcombinaties in eigen beheer aan het ontstaan.

Wanneer deze initiatieven, zoals het Odensehuis, gericht zijn op zorg voor ouderen zijn de vragen rondom zorg urgent. Het gaat dan niet om het organiseren ervan – dat is in veel gevallen al wel uitgewerkt en neergezet. De ondersteuningsbehoefte van vrijwilligers, mantelzorgers en andere betrokkenen ligt in dat geval op het gebied van ‘omgaan met’ en ‘zorgen voor jezelf’.
In Amsterdam wordt deze behoefte voorzien, onder andere met de trainingen van de Vrijwilligersacademie en VA-Zuid (deskundigheidsbevordering voor en door informele krachten). Deze zijn niet overal en altijd gratis beschikbaar, waardoor een drempel wordt opgeworpen indien een organisatie of burgerinitiatief niet is aangesloten of beschikt over een budget voor deskundigheidsbevordering.

Organisaties

De vragen rond organisatie zijn niet zomaar beantwoord. Enerzijds omdat ze verschillen: soms wordt er gezocht naar een manier om vervelende taken elders onder te brengen of in te kopen. Daarvoor is dan vaak een (aanvullend) budget nodig en leidt tot vragen over financiering.

Anderzijds omdat de gewenste ondersteuning met informatie een veld in ontwikkeling betreft. Alternatieve economie, participatiesamenleving en de nieuwe organisatiewijzen daarvoor zijn volop in ontwikkeling. Soms zijn het nog prille initiatieven, die met voortschrijdend inzicht langzaam vorm krijgen.

Beide soorten ondersteuningsbehoeften zijn zeer voorstelbaar, wanneer men bedenkt dat burgerinitiatieven en daar actief in zijn een behoorlijke inspanning vraagt. Net als bij andere (vrijwilligers)werk is het belangrijk dat inzet en resultaat met elkaar in evenwicht blijven. Arbeidsintensieve klussen of het volgen van de vele ontwikkelingen in het sociale domein kunnen een zware wissel trekken op de betrokken mensen.

Combineren

De beschreven resultaten leiden ons naar diverse mogelijkheden om de zelforganisatie van betrokken burgers van (ouderen)initiatieven te steunen en te versterken. Meest voor de hand liggende en minste kostbare inzet is te investeren in ondersteuning van informatiebehoefte. Hiermee zijn de initiatieven direct voorzien van informatie over het ‘hoe” van zichzelf organiseren.
Wanneer zij empowered worden met informatie over organisatie en ontwikkelingen, kunnen zij zich verder ontwikkelen met zo min mogelijk overheidssteun én bemoeienis. Op deze manier kan het enthousiasme waarmee men begint, levend gehouden worden.

Advies dat volgt uit dit onderzoek naar ondersteuningsbehoefte is om op deze wijze de initiatieven te ondersteunen: waarbij in iedere fase, op thema en naar behoefte geput kan worden uit het collectief van informatie, kennis en kunde.
  • Verzamel en ontsluit informatie over organisatievormen burgerinitiatieven
  • Verlichten van last die organisatie met zich meebrengt: kennis ontsluiten en zo veel mogelijk aanreiken van tools om het zelf te kunnen organiseren.
  • Inhoudelijke deskundigheidsbevorderingsaanbod m.b.t. zorg
  • Overzicht en organisatie ter versterking van de ontwikkeling van nieuwe zorgconcepten in antwoord op de huidige ontwikkelingen.